(werp) technieken


INTRODUCTIE 
Benaming/Bedenkers
De benamingen van worpen zijn doorgaans standaard. In sommige gevallen zijn ze vernoemd naar de bedenkers ervan, in andere gevallen zijn ze benoemd door mensen die aan het begin stonden van de sporten waarbij schijven de hoofdrol spelen.
Daar waar een worp vernoemd is naar de bedenker wordt dit erbij vermeldt. 
De meeste worpen hebben een Engelse benaming omdat dit de originele benamingen zijn. Daar waar mogelijk geven we de Nederlandse variant op de benaming, hoewel dit dus niet het origineel betreft. 


Algemene tips 
Hoe vaker u oefent, hoe beter u de schijf gaat beheersen en deze op een gecontroleerde manier kunt werpen. 


Alle genoemde worpen hebben varianten. Zo worden alle worpen zijwaarts, achterwaarts, onder benen door of achter de rug langs geworpen, maar ook in houdingen die niet iedereen kan aannemen, als tijdens handstand, een sprong of een andere beweging van het lichaam, enz.  
Alle genoemde grips (manier van vasthouden voordat de schijf wordt gegooid) hebben ook varianten in loslaten of vasthouden. Zo kun je een schijf op verschillende manieren vasthouden, met bolle of holle kant bovenop, de schijf afhangend of opstaand, hoog of laag loslaten, omhoog of omlaag werpen, naar voren of naar achteren werpen, enz enz.
De manier van loslaten noemen we een “release” 
Bedenk dat elke worp voor 90% uit techniek bestaat en slechts voor 10% uit kracht. Het heeft dus geen zin om enorme kracht te zetten bij het werpen (afgezien van lange afstanden) Techniek is dus het sleutelwoord om de schijf te leren beheersen en blessures te voorkomen. 
Bij elke worp wordt gebruik gemaakt van “spinn” wat zoveel betekent als “draaiing”. De spinn zorgt ervoor dat de schijf in de lucht blijft, of zelfs door de verplaatsing van lucht, zichzelf recht trekt terwijl die door de lucht zweeft.
Spinn geven aan een schijf doe je door een soort zweepslag te maken vlak voor het moment van loslaten. Probeer te voorkomen dat je pols naar buiten buigt of je arm ver omhoog zwaait voordat je de schijf loslaat, want dan gaat deze absoluut een richting uit die je niet had bedoeld. 
Wanneer je hulp wilt in praktijktraining, bezoek dan een club voor Dogfrisbee of een club voor Ultimatefrisbee. Ga eens kijken op een wedstrijd van een van deze sporten en vraag gerust aan een goede werper of die persoon je het e.e.a. wil uitleggen. 


Grips
We kennen 2 basis “hand grips”; Backhand grip en Sidearm grip
De meeste hand worpen worden vanuit deze grips losgelaten, ongeacht de positie van de schijf. De varianten op grips leggen we uit bij de beschrijving van worpen alwaar ze afwijken van de basis grips. 
Een grip kun je ook creëren door gebruik van bijvoorbeeld je mond of benen (tussen je knieën, tussen je enkels, op je voet, enz) 

 

De meest gebruikte worpen

 

Backhand  
   
Allereerst is het belangrijk dat u de schijf op de juiste manier vasthoudt. Pak de schijf stevig vast in de “gooihand” met de duim bovenop de schijf, de wijsvinger langs de rand met het bovenste kootje net onder de rand, de overige vingers aan de onderkant in de rand. De backhand beweging lijkt een beetje op de backhandslag bij tennis. Stap in zoals je bij een tennis backhand zou doen, dwars op de richting waarin u wilt gooien. Maak een rechte beweging van achter naar voor met de schijf langs het lichaam. Geef de schijf aan de voorkant een extra spinn mee. Als u de schijf op moment van loslaten verticaal houdt en er een flinke spinn aan geeft, zal de schijf rechtuit vliegen. De schijf zal met een bocht vliegen als u hem een beetje schuin of horizontaal loslaat. Als u de rand van de schijf aan de linkerkant hoger houdt dan aan de rand aan de rechterkant, zal de schijf (bij een rechtshandige) een bocht naar links maken. Andersom zal de schijf een bocht naar rechts maken.  


Roller 
 
Pak de schijf vast als bij de backhand en draai deze rechtop met de bolle kant naar buiten gericht. De zijkant van de schijf rust zo op uw polsgewricht, laat de schijf vervolgens van u af rollen, alsof u knikkers uit de hand laat glijden en geef daarbij de rand een extra zetje mee richting de grond. De schijf zal een grote bocht over de grond maken in de richting van waar de bolle kant zich bevond.
Een roller die u de andere kant wilt laten opgaan houdt u met de bolle kant naar binnen vast en laat op dezelfde manier los (de duim ligt dan in de rand van de schijf)


Floater (drijver) 
 
Voor deze worp houdt u de schijf net zo vast als bij de back-hand, alleen richt u de schijf  horizontaal voor u uit. Nu gooit u een de schijf enkel iets opwaarts met spinn. u moet de schijf met dezelfde hand weer kunnen opvangen zonder van uw plaats af te komen. Deze worp kunt u gemakkelijk zittend op de bank doen, of zelfs op het toilet.


Side Arm 
   
Pak de schijf vast met de middelvinger in de rand en de duim aan de bovenkant. De wijsvinger wijst aan de onderkant van de schijf zo ver mogelijk naar het midden. De pink en ringvinger houdt u tegen de palm van uw hand aan. Ga met uw gezicht de kant op staan die u op wilt gooien. De beweging lijkt een beetje op de forehand bij tennis. Bij het aanleren kan het handig zijn om de elleboog tegen de zij aan te houden. Als u later verder wilt gooien zult u de arm verder van uw lichaam vandaan willen houden. Beweeg de onderarm van achter naar voor en geef de schijf extra spinn, waarbij u de schijf min of meer “wegschiet” met de middelvinger.
De beweging doet u alleen met de onderarm, de schouders bewegen nauwelijks mee. Ook hier is het belangrijk dat u de schijf verticaal houdt wanneer u hem loslaat. Vaak kunt u dit het best bereiken door de schijf voordat u deze gooit een beetje af te laten hangen. Ook hier geldt dat wanneer u de schijf schuin houdt, deze met een bocht zal vliegen. Laat u niet ontmoedigen. Dit is een worp die lastiger is dan de backhand.

 
Upside Down (ondersteboven) 
 
Pak de schijf vast zoals bij de side-arm.
Beweeg nu uw lichaam iets zijdelings naar de kant waar de frisbee zich niet in de hand bevindt en beweeg de frisbee omhoog totdat deze met de bolle kant langs uw oor ligt en de holle kant naar de lucht wijst. Spin nu de frisbee schuin omhoog en vooruit totdat deze even verderop ondersteboven neerkomt in een rechte lijn.


Hammer (hamer) 
 
De hammer is ook een worp waarbij de schijf ondersteboven door de lucht vliegt.
Houd de schijf vast als op de afbeelding is aangegeven, met de duim stevig in de rand en de rest van de vingers bijeen aan de bolle kant van de schijf. Laat de schijf los op eenzelfde manier als bij de upside down vanuit dezelfde positie. 


G-Turn (lamp) bedacht door Ge van Hartevelt (NL) 
   
Pak de schijf vast zoals op de foto. Klem met de duim en pink uit elkaar in de binnenrand de schijf vast en houd de overige vingers rechtop.
Houd de schijf nu horizontaal voor u uit, iets hoger dan het hoofd. Nu doet u in een snelle beweging alsof  u een lamp aan het plafond indraait, waarbij u de frisbee loslaat. Deze “schiet” dan uit de handen en komt aan de rechterkant neer, pas dus op met oefenen binnenshuis. Maakt u een beweging alsof u een lamp uitdraait, schiet de schijf uiteraard de andere kant op. 


Wristflip (polsflip) 
   
Pak de schijf vast zoals op de foto. Draai de pols naar buiten en leg de schijf op de onderarm. De  duim is de enige vinger die zich aan de onderkant van de schijf bevindt. Ga zelf een beetje schuin zijdelings staan en houd de frisbee bijna horizontaal en de arm bijna gestrekt. Gooi nu de schijf met flinke spin voor u uit.


Thumbflip (duimflip) 
 
De Thumbflip heeft dezelfde grip als de Hammer, maar nu houdt u de schijf in een andere positie en wel met de bolle kant boven en de schijf afhangend aan de buitenzijde van uw arm. Leun met uw lichaam iets naar opzij in de richting waar de schijf zich bevindt en beweeg uw arm van achter naar voren om vervolgens de schijf met spinn vanaf de duim los te laten. Laat de schijf wel afhangen, want die trekt pas in zijn vlucht horizontaal. Zou je de schijf dus horizontaal loslaten komt deze ofwel rechtstandig als een roller, ofwel ondersteboven terecht. 


Butterfly (vlinder) 
 
Pak de schijf vast als op bovenstaande foto. Breng nu de schijf naar de pols met de bolle kant van de frisbee bovenop. Nu maakt u de beweging alsof je dobbelstenen hard op de grond gooit en maakt daarbij tevens een opwaartse beweging met de hand. De schijf “wappert” nu om zijn as naar voren.
De schijf andersom (met de bolle kant bovenaan beginnen en de vingers bovenop) heeft hetzelfde effect, maar dat dien je een neerwaartse beweging van bovenaf te maken. Bij deze laatste techniek kun je ook de G-Turn als grip gebruiken. 


Pancake (pannekoek) 
   
Houd de hand plat en leg de schijf erop. Draai nu de hand met schijf en al helemaal om zodat hand en schijf weer in dezelfde positie zijn. De arm lijkt nu in de knel te zitten, waarom deze worp een 2e deel heeft;
Houd de schijf met de bolle kant boven en beweeg de arm achterlangs het lichaam. Schiet deze nu weg van de hand door tegen de rug te tikken t.h.v. de pols op de taille. 


Swing (ronddraaien op vinger)
 
draai de schijf in rondjes om de vinger heen en laat op zeker moment de schijf van de vinger afschieten. Let op dat u weet welke richting de schijf zal opvliegen, dus laat op het juiste moment los (vergt enige oefening om de locatie te bepalen)


Discus 
   
Deze worp lijkt op discuswerpen. Houd de schijf stevig vast, met de bolle kant boven onder de hand/onderarm. De bolle kant rust nu tegen de pols. Strek de arm zodat u deze makkelijk van links naar rechts kunt bewegen en laat de schijf met spinn los, ofwel rechts van het midden voor u, ofwel links van het midden voor u, afhankelijk van welke kant uw arm opzwaait. De schijf draait nu links of rechts om naar voren in snelle vaart.


R throw bedacht door Renate van Roij (NL) 
   
Leg de schijf als op de foto op de bovenkant van de hand en ligt de hand iets op zodat de schijf hangt aan de pink en wijsvinger. Beweeg nu net als bij de discus, de arm opzij en schiet de schijf weg van een van de vingers (wijsvinger is linksom en pink is rechtsom voor rechtshandigen)


Staker
   
Houd de schijf vast in side arm grip, maar dan met de schijf omgedraaid zoals op de foto. Laat de schijf naar buiten of naar binnen afhangen, afhankelijk van of u wilt dat de schijf ondersteboven of rechtop vliegt. Laat de schijf ofwel links van uw lichaam, ofwel rechts van uw lichaam los met spinn.


Fingerflip (vingerflip) 
    
Een lastige worp om uit te leggen, omdat de beginstand van de schijf een backhand grip is! Laat de schijf door uw vingers glijden van links naar rechts totdat de positie als op de linker foto is bereikt en vervolgens draait u de schijf door totdat de positie op de rechterfoto is bereikt. Deze laatste afbeelding laat ook de positie zien waarin de schijf wordt losgelaten, u schiet deze dus met de bolle kant bovenop, weg vanaf de wijsvinger en dan voor u uit.


Wheely (wiel) 
 
Pak de schijf vast tussen beide handen als op de foto. Draai nu beide handen tegelijk en maak daarbij een opwaartse beweging.
Als de draai rechtsom wordt gemaakt, vliegt de schijf uw richting uit, dus naar u toe. Draait u de schijf linksom, dan vliegt deze van u af. 
Hoop (hoepel) 
Net als bij het ouderwetse hoepelen, beweegt u de schijf over de grond in een zodanige spinn dat deze naar u terugrolt. 
Effecten; 
Bodyrolls  
Een bodyroll wil zeggen; u laat de schijf over uw lichaam rollen, alvorens deze een tikje mee te geven van u af.
Sta bijvoorbeeld rechtop met beide armen uitgestrekt naar opzij. Hang met het lichaam iets naar achteren en laat een schijf op de zijkant rollen van de ene hand naar de andere hand, via uw armen en borst. Geef de schijf met uw 2e hand een tikje mee, waardoor deze van u af vliegt. 
Datzelfde kunt u doen door voorover te gaan hangen en de schijf van links naar rechts via de armen over uw schouders te rollen naar de andere kant alwaar u de schijf weer een tikje geeft waarna deze ergens aan uw achterzijde wegvliegt. 
Brushen 
Brushen is eigenlijk vrij eenvoudig te gebruiken, vooral als u een standaard worp wat wilt opleuken (bv voor publiek)
Werp een floater die u in plaats van opvangt, een tikje langs de rand geeft in de draairichting van de schijf. De schijf zal dan horizontaal verder vliegen.
Brushen kan met elke worp die dichtbij het lichaam wordt geworpen, er kan zelfs van links naar rechts gebrushed worden zodat de schijf in de lucht blijft zonder dat deze wegvliegt. (veel gebruikt bij ultimate freestyle sport) 
Bouncen 
Bouncen is eigenlijk een vorm van “stuiten” tegen iets anders aan, probeer het maar eens uit met 2 schijven;
Houd 1 schijf verticaal voor u uit in de hand en houd een schijf horizontaal in uw gooihand voor u uit. Sla nu de schijf in uw gooihand met de rand tegen de andere schijf en laat deze los, zodat de verticale schijf eigenlijk de aanzet (soort brush) geeft tot het wegvliegen van de horizontale schijf. 
In de plaats van de verticale schijf, kunt u ook de volgende “middelen” aanwenden; 
Hand bounce
Tik de horizontale schijf tegen de andere hand en geef met die hand een brush/tik aan de schijf zodat deze wegvliegt. 
Knee bounce
Doe hetzelfde als boven, maar gebruik een opgetrokken knie om tegenaan te tikken
Chest bounce
Doe hetzelfde als boven, maar gebruik de borst om tegenaan te tikken
Airbounce
Gooi aan de zijde van de gooihand vanaf schouderhoogte met de schijf in discus of backhand grip. De muis van de hand bevindt zich enigszins bovenop de schijf. “druk” nu de schijf van boven naar beneden tijdens het loslaten en geef een voorwaartse duw mee met spinn. De schijf zal nu eerst iets omlaag vliegen en zichzelf optrekken waardoor hij met de bolle kant naar u gericht van u af naar voren vliegt.
Bouncer
Zorg voor een stabiele ondergrond en gooi een backhand of andere worp ongeveer 5 meter voor je flink spinnend tegen de grond aan met de rand van de schijf die zich voor het loslaten aan de voorzijde bevond. De schijf zal zich tegen de grond optrekken en doorkaatsen, waarna deze mooi horizontaal door de lucht verder vliegt door weer op te klimmen.
Voeten
G-Kick bedacht door Ge van Hartevelt (NL) 

Zet een van de voeten in de rand van de schijf zoals op de foto te zien is, waardoor de schijf verticaal op de grond lijkt te staan.
Tik of brush nu met de andere voet de schijf weg, waardoor deze de zijkant op rolt.
Brushkick
Gooi een floater of andere worp die niet te ver van u afgaat. Voordat deze de grond raakt, “schopt” u tegen de rand van de schijf in de draairichting de schijf verder waarbij deze ook iets omhoog gaat.
Mond;
Mouth throw (met de mond gooien) 
Houd een schijf horizontaal in uw mond (eventueel tussen de tanden) en gooi de schijf weg door het hoofd van links naar rechts te bewegen in een snelle draai. 
Mouth brush 
Houd een schijf horizontaal in uw mond en tik met een hand langs de schijfrand de schijf uit uw mond waardoor deze horizontaal door de lucht vliegt. 
Mouth take (alleen bij dogfrisbee) 
Houd een schijf horizontaal in uw mond en geef de hond het seintje dat hij deze in een sprong uit uw mond kan pakken. (vergt training met de hond)
Multiples

Een veelvoud van schijven in een snelle beweging een voor een werpen. Hierbij kunnen verschillende worpen aangewend worden.
Delais  
Nail delay
 
Spinn de schijf rond, niet te ver van uw lichaam af (bijvoorbeeld door een floater of wheely te werpen) en laat de schijf rondspinnen op de top van een vinger(nagel)  je kunt de schijf nog af en toe omhoog tikken en extra spinn geven of brushen en er een worp van maken.
Er zijn varianten denkbaar waarbij elleboog of tenen ook kunnen worden gebruikt als delay punt.
Vasthouden en werpen van meerdere schijven 


Vasthouden 
 
Wanneer u meerdere worpen achter elkaar wilt gaan gooien, houd u de overige schijven verticaal in een hand, nadat u deze eerst met de randen in elkaar heeft gelegd. Nu kunt u gemakkelijk de schijven van onderaf de stapel pakken, zonder dat de schijven uit de hand vallen.


Dubble throws
 
Voor dubbele worpen welke uit een hand worden gegooid, pakt u de schijven vast als op de foto. Bij een (afgebeelde) backhand bijvoorbeeld, legt u de wijsvinger tussen de 2 schijven en gooit eerst de onderste schijf weg.
Bijna elke worp kan als dubble throw worden gegooid en bij de meeste worpen ligt de wijsvinger tussen de 2 schijven.  


Power grips


Grote afstanden werpen
    
Wanneer u over lange afstand wilt werpen, is het aan te bevelen de schijf op een wat andere wijze vast te houden en los te laten. We noemen dit powergrips.
2 verschillende powergrips ziet u op de afbeeldingen hierboven.
De schijf wordt altijd bijna verticaal losgelaten, omdat deze pas rechttrekt door de verplaatsing van lucht en zo verder kan doorvliegen.
Afstand werpen behoeft training en oefening, vraag gerust een goede werpen om diens technieken met u te delen!
Hulpmiddeltje

Voor een vaste grip, of om te voorkomen dat zand/hondenslijm de schijf onhandelbaar maakt, kunt u goede resultaten boeken met een golf handschoentje.
Deze handschoentjes zijn per stuk (dus niet per paar) verkrijgbaar bij goede sportzaken en sluiten strak aan op uw huid, waardoor deze niet in de weg zitten zoals gewone handschoenen zouden doen. 
Alle teksten en afbeeldingen zijn en blijven eigendom van Renate van Roij. De informatie mag worden gebruikt/verspreid door derden, mits vermelding van; 

 

 

filmpjes zijn in de maak.

 

 

The Backhand :

The Groundbouncer :